“Delven van één Bitcoin kost 20 olievaten aan energie”
De populariteit van de Bitcoin de afgelopen maanden heeft de delversgemeenschap steeds meer onder druk gezet. Het delven van één Bitcoin, feitelijk het valideren en vastleggen van betalingen in het bitcoinnetwerk, kost figuurlijk en letterlijk steeds meer energie. Een deel van de gemeenschap probeert de energiekosten te drukken.
Energie: 20 olievaten per bitcoin
Het delven van bitcoins kost jaarlijks 22,5 TWh aan energie, wat gelijkstaat aan 13,2 miljoen vaten olie. Met 12,5 bitcoins die elke 10 minuten worden gemijnd, staat één bitcoin gelijk aan twintig vaten olie. De huidige waarde van een Bitcoin staat nu gelijk aan 100 vaten olie. Dat maakt het delven lucratief, maar heeft wel nadelige milieueffecten. Ter vergelijking: het totale energieverbruik van het ‘minen’ is meer dan veertig keer groter dan het in de lucht houden van het volledige netwerk van creditcardmaatschappij VISA.
Verplaatsing ‘mining’ hubs
Het mag geen verrassing heten dat de grotere delfhubs in China te vinden, een land met goedkope elektriciteit. Om verantwoorder te delven zijn landen als IJsland en Kazachstan als nieuwe hubs in opkomst, waar de temperaturen lager zijn en er minder geld nodig is om te koelen.
Daarnaast is er meer focus om gebruik te maken van duurzame energiebronnen, zoals grootverbruikers als Google en Amazon ook doen.
Bron: Cointelegraph
Foto: Flickr.com
